24 juli 2019 – De chemische waterkwaliteit is in 2018 weer een klein stukje ‘minder slecht’ geworden, met het laagste aantal bestrijdingsmiddelen sinds er door Delfland wordt gemeten. Maar gaat het nu echt beter? Delfland waarschuwt zelf dat het doel van een gezonde waterkwaliteit met veel verschillende planten en dieren ‘nog niet binnen handbereik is, daarvoor is nog een behoorlijke verbetering nodig’.
De AWP is benieuwd wat het College nog extra van plan is om de waterkwaliteit goed te krijgen. “Daar zullen wij zeker vragen over stellen”, zegt Hans Middendorp, fractievoorzitter van de AWP Delfland.
Het liefst zag de AWP dat er helemaal geen bestrijdingsmiddelen in het oppervlaktewater van Delfland zouden voorkomen. Feit is wel dat het aantal chemische middelen dat boven de wettelijk toegelaten concentratie uitkomt, is gezakt van 16 middelen in 2017 naar 12 middelen in 2018. Echter, de totale concentratie van alle bestrijdingsmiddelen samen is wel weer licht gestegen. Dat komt dus neer op een hogere concentratie per overgebleven bestrijdingsmiddel.
“Vergelijk het maar met te hard rijden”, zegt Hans Middendorp. “Rijd je nou echt zoveel veiliger als je niet 16 maar 12 bekeuringen krijgt voor te hard rijden, terwijl je snelheid gemiddeld wel hoger was?”
De bestrijdingsmiddelen die op de meeste locaties de norm overschreden, zijn imidacloprid, pirimicarb en carbendazim (verboden sinds 2016).
De AWP maakt zich vooral zorgen over de zeer giftige systemische bestrijdingsmiddelen, zoals imidacloprid (merknaam: Admire). Die middelen zijn een sluipmoordenaar voor watervlooien, vlokreeftjes en ander klein waterleven. Die vormen wel de basis waarop de hele voedselketen steunt. Zulke systemische middelen veroorzaken niet alleen directe sterfte, maar de watervlooien etc. die het overleven krijgen ook minder nakomelingen waardoor hun aantallen uiteindelijk flink teruglopen. En er dus minder te eten is voor kleine visjes. Delflands eigen Ernst laat in een kort filmpje zien hoe dat zit!
Aflevering 12: Pesticiden en Waterdiertjes – Ernst’s OnderWaterWereld (klik op de afbeelding om filmpje te starten)
Een analyse van de toxische effecten van de aangetroffen giftige bestrijdingsmiddelen ontbreekt helaas in de Waterkwaliteitsrapportage. Zo is bijvoorbeeld wetenschappelijk aangetoond dat imidacoprid in het slootwater niet alleen schadelijk is voor watervlooien etc, maar zelfs ook effect heeft op de zangvogels in de omgeving! Dan ligt het toch voor de hand om een inschatting te maken van de toxiciteit van de in Delfland waargenomen concentraties imidacloprid? En dat moet je dus voor elk aangetroffen bestrijdingsmiddel doen.
Extreem lage concentratie Imidacloprid in het oppervlaktewater (0,000.000.020 gram per liter) had merkbaar negatief effect op spreeuwen en zwaluwen (klik op afbeelding)
Standaardbegrippen uit de toxicologie, zoals LC50 (lethal concentration voor 50% van de testorganismen zoals bijv. watervlooien) en EC50 (effective concentration waarbij 50% van de testorganismen een niet-dodelijk effect laten zien), worden nergens genoemd in de Delflandse waterkwaliteitsrapportage.
En dan is er nog zoiets als het cumulatieve effect: een mengsel van bestrijdingsmiddelen is vaak giftiger dan verwacht op basis van toxiciteit per afzonderlijke stof. Daar moet Delfland als waterkwaliteitsbeheerder dus ook goed naar kijken, wil je de ecologische doelen van de KRW halen.
Hans Middendorp, fractievoorzitter AWP