Waterschap wordt sterker door Omgevingswet

13 juni 2021 – Met de Omgevingswet in aantocht op 1 juli 2022 gaan de ingesleten verhoudingen tussen provincies, waterschappen en gemeenten flink veranderen. Zo wordt het Waterbeheerplan een ‘programma’ onder de Omgevingsvisie van de provincie, en ook de Watertoets vervalt. Kunnen de waterschappen straks nog wel opkomen voor het waterbelang? Of worden de waterschappen een uitvoeringsdienst van de provincie?

Paradigmaverschuiving

Het hoofddoel van de Omgevingswet is de ‘één-overheidsgedachte’, waarbij provincies, waterschappen, gemeenten, veiligheidsregio’s en omgevingsdiensten naar buiten toe acteren als één overheid. De essentie van de één-overheidsgedachte is dat de gezamenlijke opgave centraal wordt gesteld, in plaats van het beleid van elke overheid afzonderlijk. En dat is een enorme paradigmaverschuiving in de bestuurlijke verhoudingen in het ‘Huis van Thorbecke’.

Deze paradigmaverschuiving hangt nauw samen met een tweede centraal begrip in de Omgevingswet, de beleidscyclus: Plan-Do-Check-Act. De start van de beleidscyclus wordt niet meer alleen worden gevoed vanuit het beleid, maar juist ook door de uitvoering. Het onderscheid tussen beleid en uitvoering wordt minder scherp. Beleid + vergunningverlening + toezicht & handhaving worden onder de Omgevingswet drie zijden van dezelfde medaille.

De Omgevingswet emancipeert de waterschappen van uitvoerende overheid naar beleidsverantwoordelijke overheid. Naar een gelijkwaardige rol tussen de gemeenten en de provincie in. Immers, waar anders dan ‘met de voeten in de klei’ kan een beleidscyclus succesvol zijn?

Gelijkwaardige rol waterschap

Voor veel mensen in de waterschapswereld voelt de Omgevingswet een beetje als een bedreiging. ‘Straks zijn we gewoon een uitvoeringsdienst van de provincie’, is het sentiment. Maar dat is niet wat de Omgevingswet beoogt. Integendeel! Alle ruimtelijke visies, plannen en vergunningen worden straks uitgewerkt aan de zogenoemde Omgevingstafel. De waterschappen hebben daar een gelijkwaardige zetel, samen met gemeenten, provincies, omgevingsdiensten en veiligheidsregio’s. De Omgevingswet creëert juist een kans voor de waterschappen om de eigen rol als waterautoriteit stevig in te vullen.

Belangrijk is dat wij als waterschappen het ook aandurven om onze positie aan de Omgevingstafel ook te claimen en krachtig op te komen voor ‘water als ordenend principe’. Zo moeten waterschappen klip-en-klaar stelling nemen tegen alle ruimtelijke plannen die onvoldoende rekening houden met water en klimaat. De waterschappen in de rol van waterautoriteit. Daarmee krijgen de waterschappen ook een maatschappelijk relevanter profiel.

Dagelijks Bestuur

Veel zal daarbij afhangen van de opstelling van het college van dijkgraaf en (hoog)heemraden. Omdat de waterschappen, nog meer dan nu het geval is, vanaf het allereerste begin in het voortraject al meedoen aan de Omgevingstafel, heeft het Dagelijks Bestuur een informatievoorsprong. Het is het bijna onvermijdelijk dat het Algemeen Bestuur in veel gevallen pas wordt geïnformeerd nadat de pap al is gestort.

Dat lokt een assertievere rol van de waterschapsbestuurders uit, en een versterking van de rol van de voorbereidende commissies. Indirect versterkt de Omgevingswet zo de verpolitisering van het waterschap. Mijn verwachting is dat als gevolg van de Omgevingswet het monisme in het waterschap zijn langste tijd heeft gehad, en met de dualisering verdwijnt ook het bestaansrecht van de geborgde zetels.

Niet vrijblijvend

In de Omgevingswet staat nadrukkelijk dat ‘de waterschappen moeten worden geraadpleegd’. Dat klinkt enigszins vrijblijvend, alsof de gemeenten en provincies het advies van het waterschap zomaar naast zich neer kunnen leggen. Juist door die ‘raadpleging’ veel eerder in het voortraject, kunnen ruimtelijke plannen effectief worden bijgestuurd.

Nieuwe watertoets: zie Handreiking Stedelijk Waterbeheer, pp. 22-25

De oude watertoets mag dan weliswaar achter de horizon zijn verdwenen, maar het veel krachtigere projectbesluit is daarvoor in de plaats gekomen! Het waterschap kan de kaart van het projectbesluit uitspelen als het waterbelang dreigt te worden vergeten door bijvoorbeeld gemeente of provincie. Denk aan bouwplannen in diepe polders of in de uiterwaarden, waarbij de langetermijnrisico’s van de klimaat-verandering vaak worden gebagatelliseerd.

Ten slotte: de druk op de ruimte in Nederland neemt alsmaar toe, maar ook onder de Omgevingswet stroomt water nog steeds van boven naar beneden. Maar overheden moeten het samen doen en de waterschappen moeten wel hun rol pakken.

Deze tekst is eerder verschenen als column in Waterforum 3 (2021)

 

 

 

 

 

Hans Middendorp, vicevoorzitter Algemene Waterschapspartij AWP

 

Aanvulling

Wat nog onvoldoende naar voren komt, is de zorg voor voldoende bewustzijn bij ambtenaren van de verschillende overheden van de consequentie van de invoering van de Omgevingswet voortvoiend uit het één overheidsloket principe. In de praktijk vraagt dit een proactieve houding van het waterschap in een vroeg stadium van initiatieven van anderen. Het waterschap is meestal niet het loket, waar wordt aangeklopt. Dat zal in het algemeen de gemeente of provincie zijn, die het waterschap vervolgens aan de omgevingstafel horen te vragen. Dit heeft consequenties voor de oog en oor functie van de organisatie en voor de kwaliteit van de argumentatie.

Vroeger gold dat ‘kinderen die vragen, worden overgeslagen’. In het huidige tijdsbeeld geldt: ‘kinderen die zwijgen, zullen niets krijgen’. Waterschappen moeten zich assertief opstellen aan de Omgevingstafel.

Als kortst mogelijke samenvatting: in de regelgeving geldt nu een “nee , tenzij” principe dat met de nieuwe waterschapsverordening wijzigt in een “ja, mits”. Dat lijkt bijna hetzelfde, maar is het niet. Er zijn bovendien in de praktijk niet zo veel voorbeelden te bedenken, die op basis van een projectbesluit door het waterschap gestopt hadden kunnen worden. Want technisch en met geld vallen veel inhoudelijk bezwaren weg te nemen, maar wel tegen hogere maatschappelijke waterschapslasten. Die lasten moeten door anderen binnen het beheersgebied worden opgebracht.

 

 

 

 

Ron van Megen, voorzitter Algemene Waterschapspartij

AWP voor water, klimaat en natuur


Word lid!

Stikstof en fosfaat: zonde om weg te spoelen

Opinie   20 februari 2024 - Er zit een enorm lek in de #landbouwkringloop: fosfaat uit menselijke ontlasting verdwijnt op de stort of in de wegenaa...

KNMI-klimaatscenario's tonen weersveranderingen in Nederland in 2050 en 2100

Nieuws Klimaatverandering: wat gaan we doen? Voor de AWP voor water, klimaat en natuur is het een retorische vraag. De weersveranderingen als gevolg van ...

Neerslagtekort loopt alweer dramatisch op in alle waterschappen

Nieuws Delfland, 15 juni 2023 - De droogte heeft deze zomer al een officieus record bereikt aan 'dagen-zonder-regen': 36 droge dagen op 15 juni. Strikt g...