7 februari 2023 – Deze maand valt de aanslag voor de waterschapsbelasting in Rivierenland op de mat. Deze belasting gaat elk jaar omhoog, maar de belasting voor huishoudens gaat relatief veel harder omhoog dan die van bedrijven. De AWP wil dat hier een einde aan komt en pleit voor een eerlijkere verdeling van lasten tussen inwoners, boeren en bedrijven.
De watersysteemheffing wordt berekend aan de hand van de WOZ-waarde van woningen (voor particulieren) en bedrijfspanden (voor bedrijven). De WOZ-waarde van woningen is afgelopen 10 jaar verdubbeld, terwijl die voor bedrijfswoningen ongeveer gelijk is gebleven. Elk jaar betalen bedrijven hierdoor een beetje minder en huishoudens voor hun woningen een beetje meer. Dat telt door de jaren heen flink door. Huishoudens zijn daardoor ten opzichte van bedrijven een steeds groter aandeel van de waterschapsbelasting gaan betalen. De huishoudens betalen landelijk gemiddeld meer dan 80% van de waterschapsbelasting, boeren en bedrijfsleven elk minder dan 10%. De AWP vindt dat oneerlijk en wil een eerlijkere verdeling van lasten tussen inwoners, boeren en bedrijven. Een verdeling die ook een betere afspiegeling is van economische waarde en meer recht doet aan het principe van ‘de vervuiler betaalt’.
De AWP ziet het op de nullijn houden van de watersysteemheffing voor huishoudens als een oplossing om geleidelijk tot een eerlijker toedeling van de watersysteemheffing te komen. Dat wordt in elk geval onze inzet voor de waterschapsverkiezingen en de periode daarna. De waterschapsbelastingen gaan jaarlijks omhoog. Als we de watersysteemheffing voor de huishoudens op nul houden, komt stap-voor-stap ons doel van een eerlijker verdeling van de waterschapslasten binnen bereik. De huidige wetgeving biedt hiervoor al mogelijkheden.
Extra achtergrondinformatie:
Precies vijf jaar geleden deed de AWP onderzoek naar de waterschapsheffingen van alle 21 Nederlandse waterschappen: Waterschapsbelasting voor huishoudens kan omlaag – AWP Nederland
De waterschapsbelasting voor huishoudens bestaat uit meerdere onderdelen: als eerste betaalt, per woning, één belastingplichtige een vast bedrag als inwoner van het waterschap: het ingezetenentarief. Als tweede betaalt elk huishouden een watersysteemheffing voor de eigen woning, op basis van de WOZ-waarde. Verhuurders berekenen die watersysteemheffing, via de huur, weer door aan de huishoudens. Daarnaast betaalt ieder huishouden ook nog voor de zuivering van het rioolwater.
Bedrijven krijgen de watersysteemheffing alleen via de WOZ-waarde doorberekend. Het tarief is hetzelfde als voor woningen. Met dat tarief op basis van de WOZ-waarde, komt de totale bijdrage van bedrijven aan de watersysteemheffing landelijk gemiddeld op minder dan 10 procent uit. En het verschil met de huishoudens wordt door de WOZ-waardestijging dus elk jaar nog groter.